woensdag 2 november 2011

De dodenakker

Op 1 november valt Meneer Janus plotseling op zijn hoofd. Hij struikelt over een grafsteen bij zijn wekelijkse bezoek aan de plaatselijke dodenakker. Een buurman van Janus was op deze wijze ooit een keer in een openstaand graf gevallen. De kist stond er nog niet in, maar het gat was al gegraven. De buurman werd er een half uur later pas door een passerende doodgraver uitgehaald. En nu viel Meneer Janus, gewoon door een stom ongelukje, maar dan gelukkig niet in een gat, gewoon op het gras. En terwijl hij daar zo lag dacht hij aan zijn kindertijd, de jaren waarin hij in zee zwom en zand tussen zijn boterhammetjes at. Aan de horizon stond het Rem-eiland, een soort boortoren op zee waar de Remia-reclame vandaan kwam. 'Remia, de beste margarine, die er is…Geweldig lekker bij de dis.' Wat waren die vroegere tijden toch leuk en onschuldig. Ach, waarom is de tijd toch zo voortgeschreden? Waarom kunnen we niet blijven stilstaan, om eens goed om ons heen te kijken en de prettige verworvenheden der mensheid tot ons te laten doordringen, zoals een stofzuiger in cilindervorm en een bakelieten telefoon? Of Haagse bluf met vanillevla en een kolenkachel die is omgebouwd tot petroleumkachel. Of 'De Lach' als pikantste tijdschrift van het universum, een ernstige discussie als hoogte tv-vermaak en een Monopolyspel met briefjes van 1 en 2 gulden. En zo ligt Meneer Janus op het kerkhof een beetje te mijmeren over vroeger tijden, net zoals al die lijken om hem heen ook doen, want zij hebben alleen maar vroeger, en geen heden. Meneer Janus voelt even aan zijn bolletje. Er zit een behoorlijk bobbeltje op zijn bolletje en hij kijkt omhoog naar de blauwe lucht en zegt zacht: ‘Wie heeft er nou eens medelijden met mij?’ Maar het blijft stil op de dodenakker, met uitzondering van het geluid van imponerend rondhippende kraaien.

vrijdag 26 augustus 2011

Diamonds are forever

Meneer Janus heeft zijn levensvervulling gevonden. Hij bereidt een bemande reis voor naar de onlangs ontdekte diamanten planeet. Het kostbare hemellichaam, met een gewicht van een slordige tien kwintiljoen karaat, draait elke twee uur en tien minuten in een nauwe baan rond een pulsar, een sterretje dat zwaarder is dan de zon, maar kleiner dan Texel, vertelt het blad Science. Kassa! denkt Meneer Janus. Kan hij eindelijk die hijskraan kopen. En die Rolls. Ja, ook Meneer Janus kent zo zijn hebberigheden.


Zojuist vertelt iemand aan Meneer Janus dat de begeerde planeet wel heel erg ver weg staat. Meneer Janus probeert het zich voor te stellen. Dan is hij toch zeker wel een poosje onderweg. ‘Dat kunt u wel stellen’, zegt de deskundige. ‘De diamanten 'planeet' staat op zo'n 4000 lichtjaar afstand in het sterrenbeeld Slang en wordt gegeseld door de dodelijke röntgenstraling van de pulsar waar hij omheen draait.’ Maar Meneer Janus informeert reeds bij NASA wat de reismogelijkheden zijn.

donderdag 25 augustus 2011

Schichtig

Toen Meneer Janus nog een kleine jongen was, was hij ernstig verlegen. Hij vertoonde zich wel op school, maar liever bleef hij thuis naast de kachel van zijn moeder zitten, die zwarte kolenkachel met de mica-ruitjes, die later nog zou worden omgebouwd tot petroleumkachel. In de klas was Meneer Janus het verlegenste kind en zodra hij in de hoek mocht staan, met zijn neus tegen de buizen van de verwarming, was hij het gelukkigst. Op de middelbare school werd het iets beter; hier dorst hij wel wat te zeggen, maar ook niet al te veel. Kenmerkend was dat Meneer Janus zich vaak op zijn kop liet zitten. Van stoer verweer was absoluut geen sprake. Zo kwam het dat Meneer Janus zelfs door de meisjes in de klas gepest werd. Er was één meisje dat hem voor de grap weleens sloeg. “Kijk meneer”, zei ze op een dag tegen de leraar handvaardigheid, “je kunt hem gewoon slaan.” En ze sloeg Meneer Janus op het hoofd. Hij deed niet meer dan wat grijnzen. Oh, wat was Meneer Janus ongelukkig. Dan is het nu maar gelukkig dat Meneer Janus niet meer op school zit.

woensdag 3 augustus 2011

Rating

Nu leest Meneer Janus opeens in het verkeerd gespelde Financieele Dagblad de volgende kop: ‘Moody’s en Fitch houden rating VS voorlopig op AAA’. Ja ja, Meneer Janus had het al gedacht: wat nou als Moody’s en Fitch die rating nou niet op AAA zouden houden? En wat als het plotseling BBB zou zijn geworden? Of – nog erger – CCC? En dan die rating, wat moet hij daar wel niet van denken? Meneer Janus krabbelt zich op het enigszins kalende hoofd (dan kan hij beter nadenken) en roert nog maar eens in de sudderlapjes op het petroleumpitje.

zaterdag 9 juli 2011

Face

Tsjonge jonge, wat heeft Meneer Janus op Facebook toch veel vrienden. Hij kan hen niet aanraken, dat is wel jammer, maar kom, niet getreurd, er zijn wel ergere dingen op de wereld, zoals zijn moeder altijd zei, zoals daar zijn honger in Afrika en aardbevingen in Japan. Gelukkig kan Meneer Janus vaak in zijn computer op Facebook kijken, dan is het net of hij een beetje bij al zijn vrienden is.

Hij klikt op ‘vind ik leuk’, en de hele wereld lacht Meneer Janus toe, maar in zijn binnenste knaagt iets onbestemds, een flauw, afbrokkelend sentiment of sadness. Dat komt natuurlijk omdat hij te weinig vrienden heeft. Meneer Janus heeft er slechts 83, en nooit komt er eens iemand koffie drinken. Misschien moet hij er 8300 hebben, dan zit er vast wel een koffiedrinker bij, een koffiedrinker die zijn sentiment of sadness weg kan drinken. Onbetwist.

vrijdag 8 juli 2011

Zomer

Meneer Janus weet dat het zomer is, daar is hij terdege van doordrongen, want alles draait reeds op halve toeren. Niet op volle toeren, zoals dat hoort in een economie die alleen maar moet groeien, die alleen maar groter en groter dient te worden, nee, op halve toeren. Meneer Janus zit op kantoor en er bellen geen 7 mensen, maar slechts 3 ½ mens. Dat is een hele opluchting want het is veel te warm voor 7 mensen. Zelfs de vogels buiten voor het raam van het kantoor vinden het warm, er was er al een die op zijn rug vloog, zodat de wind over zijn buikje streek, ja, Meneer Janus wist het zeker: die ene vogel vloog op zijn rug. De andere mensen op kantoor puffen en zuchten dat het een aard heeft. Tot het moment waarop de nieuwslezer zegt dat het buiten maar 21 graden is. Dus dringt de vraag zich op of zij allemaal zich die warmte hebben verbeeld. Ach, denkt Meneer Janus, wat dondert het… Niets is mooier dan verbeelding. En daar gaat de telefoon weer een keertje. Vooruit dan maar, denkt hij.

maandag 20 juni 2011

DSK

Na het zien en horen van de berichtgeving rond DSK had Meneer Janus een ontstellende zin om eens een lekkere greep in de kamermeisjes te doen. Maar waar vind je die? In een hotel natuurlijk. Daar liepen ze te pas en te onpas, op elke etage, ze kwamen zomaar met een karretje vol lakens en ander hotelgerei uit een lift zetten of klopten bescheiden op je kamerdeur. Ja, kamermeisjes…. Daar had Meneer Janus een reuzenzin in. En wat DSK kan, kan Janus ook, dacht hij.

Terstond reisde hij met de eerste tram af naar een hotel in de buurt, boekte er een kamer en ging verlekkerd in bed liggen. Na zeven uur wachten, hoorde hij hoe er eindelijk op de deur werd geklopt. ‘Binnen!’, riep Meneer Janus bescheiden, maar toch enigszins opgetogen. De deur zwaaide open en……daar stond – aan de rimpels in hals en wangen te oordelen - het oudste kamermeisje ter wereld. Meneer Janus schatte haar minstens 64, zo vlak voor haar pensioengerechtigde leeftijd. ‘Kan ik iets voor u doen?’ ,vroeg ze. Meneer Janus voelde hoe zijn maag in zijn lijf ineenkromp. ‘Nee, dank u.’ Hij stond op en ging direct uitboeken. Nee, hij was niet echt in de wieg gelegd voor een leven à la DSK.

EHEC

Was er nou sprake van een EHEC-crisis? Of was het eerder een incident? Meneer Janus komt er niet uit. Wel weet hij dat het in de zomer altijd komkommertijd is qua nieuws, maar dat die tijd nu dus al voorbij is. Daarom huilt Janus, wat op zich logisch is, want zo kunnen we natuurlijk aan de gang blijven. Hoe moet het zomernieuws dan nu genoemd worden? janus denkt na. 'Aardbeiennieuws' is misschien wel een aardige naam. Immers, groene haring en aardbeien, dat is vanaf juni altijd een ferm duo, althans aan de kust. Janus pakt een stukje komkommer en begint er op te knagen. De cavia’s zijn er ook niet aan doodgegaan, dus dat zit wel snor.

dinsdag 26 april 2011

Hier

Meneer Janus, onze held op sokken, staat elke ochtend op van zijn bedje. Het is verbazingwekkend om te zien hoe hem dat elke keer weer lukt, op te staan van zijn warme, claimende bedje, wat op zich een tour de force pleegt te zijn, maar wat hem wonderwel dus telkens weer lukt. Maar meneer Janus denkt dan aan warme broodjes, jonge kaas, eitjes, koffie, het zonnetje op zijn dashboard en verfrissende geuren uit zijn tuin. Niet aan vieze onderbroeken, koud douchewater, om voer piepende cavia’s en filemeldingen op radio en tv. Voor hem ligt het boek ‘Zo mooi als hier kan het in de hemel niet zijn’ van Christoph Schlingensief. Dat wil Meneer Janus nog wel eens zien! Vanavond zal hij het lezen.

donderdag 21 april 2011

Uit te nasi

Negen op de tien vrouwen in Nederland zien graag dat de huidige euthanasiewet verruimd wordt, leest Meneer Janus in de Margriet. Hij schrikt er wel een beetje van want Meneer Janus vindt negen op de tien erg weinig. Als ze er allemaal uit zouden stappen, zou er minder oorlog in de wereld zijn. Immers, achter elke oorlog zit een vrouw, weet Meneer Janus uit ervaring. Driekwart van de vrouwen wil ook de mogelijkheid van zelfdoding bij een voltooid leven, zo blijkt uit de enquête van Margriet. Nu vond Meneer Janus zijn eigen leven op vierjarige leeftijd al voltooid. Als mensen gaan praten, is de aardigheid er echt wel van af, zo luidt zijn filosofie. En geef hem eens ongelijk.
Bij een 'voltooid leven' denken de ondervraagde vrouwen aan verlies van geheugen/dementie (74 procent), verlies van primaire levensfuncties, zoals zelfstandig lopen of controle over de blaas (54 procent), niet langer in staat zijn zelfstandig te wonen (27 procent) en eenzaamheid (24 procent). In al deze gevallen is euthanasie in de huidige wetgeving niet toegestaan. Dat vindt Meneer Janus een schandaal. Als je niet kunt uitstappen wanneer je de controle over je blaas verliest, dan is de mensheid toch wel heel diep gezonken.

maandag 18 april 2011

Haas

Meneer Janus slaakt een diepe zucht. Het is bijna Pasen en nog heeft hij geen mooie paashaas gekregen van deze of gene. Ook met een chocolade eitje is Janus al tevreden.

Maar hij wordt vergeten en overgeslagen. Zo kan ik de paasdagen toch niet in?, denkt hij. Maar dan zegt een meneer tegen hem dat het bij Pasen over iets heel anders gaat dan over paashazen. En daardoor is Meneer Janus weer wat gerustgesteld.
Maar dat neemt niet weg: wie een haas of een eitje overheeft; stuur het naar Meneer Janus, alhier!

dinsdag 29 maart 2011

Krokus

Eindelijk is de lente begonnen. Meneer Janus ziet de bloemetjes in de berm voorbij schieten. Hij begrijpt niet dat die bloemetjes de lucht van 230.000 auto’s per dag overleven.

Maar de bloemetjes zijn door de wol geverfd, lijkt het. Alsof ze zeggen: ‘Ons kun je niks maken.’ Maar dat neemt niet weg dat de lente dus is begonnen. Toch is Meneer Janus er niet helemaal gerust op. Volgens hem zal er op deze lente weer een zomer volgen en dan wordt het ongetwijfeld weer herfst. Dat is minder, denkt Janus. Herfst… En bij de gedachte alleen al schieten hem de tranen in de ogen. Bah, het is bijna alweer herfst.

maandag 21 maart 2011

Paula Dennis

Het is allemaal niet meer bij te houden. De gebeurtenissen in de wereld zijn zo vreemd en snel, dat Meneer Janus er maar een punt achter zet. Achter krant lezen wel te verstaan. Een mevrouw van NRC Next belt hem op. Of hij nog een abonnement neemt? Meneer Janus ziet ervan af. Hij vindt het in zijn eigen dorp al ingewikkeld genoeg, laat staan de toestand in de wereld. Waarom hebben kranten het tegenwoordig toch altijd over rechtszaken tegen moordenaars, fraude, diefstal en oorlog? Nooit leest hij eens iets over het nieuwe dirigeerstokje van Mariss Jansons, de chefdirigent van het Koninklijk Concertgebouworkest.
Of over een nieuw gerecht van Herman den Blijker, waar mensen weer eens blij van worden. Het lijkt er verdomd wel op of niemand meer blij mag zijn. Ik ga mijn eigen krant maar eens maken, denkt Janus. En op de radio klinkt opeens het gezellige liedje ‘Janus, pak me nog een keer’ van Paula Dennis. Ach, denkt hij met weemoed. Paula Dennis, dat waren nog eens leuke vooroorlogse tijden. Zou Paula Dennis nog leven?

dinsdag 15 maart 2011

Autobio

Meneer Janus krijgt via de radio een tsunami aan nieuwsberichten over Japan. Hij wil iets doen voor de Japanners. Maar wat? Japan ligt aan de andere kant van de wereld. Je kunt er naar toe vliegen, dat wel. Maar wat moet je dan doen? Meneer Janus heeft geen verstand van kernenergie. Verder is hij ook ondeskundig op het gebied van hulpverleningscoördinatie. Van brand blussen heeft hij geen kaas gegeten en het opzetten van een vluchtelingenkamp is een klus waar hij maar niet aan zal beginnen. Gelukkig heeft nog niemand hem gebeld met de vraag of hij wil komen helpen. Eigenlijk zijn mannetjes als Meneer Janus overbodige mannetjes, denkt Janus zelf. Mensen willen hem niet eens hebben als hulpverlener. Dat is pas echt een reden om aan de hoogste boom te gaan hangen.
Maar dan leest Meneer Janus in de krant dat autobiografisch schrijven helpt tegen depressie. Dat komt naar voren uit onderzoek van de Universiteit Twente. UT-onderzoekers ontwikkelden de cursus ‘Op verhaal’ komen, waarbij autobiografisch schrijven en autobiografische reflectie centraal staan. Vandaar ook het thema van de boekenweek. Kijk, dat wil meneer Janus ook wel.
En hij stopt bij de kantoorboekhandel teneinde pen en papier aan te schaffen.

dinsdag 8 maart 2011

Woekeren

Meneer Janus heeft helemaal geen woekerpolis. Toen hij vanmorgen bij de Febo reeds een frikandel uit de muur viste en die met smaak verorberde – men moet bij het ochtendgloren toch wat verorberen – schoot het hem te binnen dat hij iets dergelijks – een woekerpolis – ontbeerde. Overigens weet Janus niet wat een woekerpolis is, maar dat geeft niets. Er zijn zo veel dingen die mensen hebben of niet hebben en waar zij vervolgens absoluut niet van weten wat het is. Ik heb internet, zegt de buurman. Maar hij kan niet zeggen wat het is. Ja, je kunt zeggen: ik kan van achter mijn bureau communiceren met andere mensen in de wereld. Maar wat dat dan precies is? En zo staat meneer Janus, al frikandel kauwend te denken. Hij gooit nog maar eens wat muntjes in de muur en neemt een kalfskroket. Het eet-de-helft-dieet ligt alweer mijlen achter hem.
Woekerpolissen. Waarom heeft Meneer Janus die nou niet? Opeens denkt hij het antwoord op de vraag te weten. Er is nooit iemand naar hem toegekomen met de vraag: Wilt u een woekerpolis? Nooit. Dat is het natuurlijk! Iedereen krijgt woekerpolissen aangeboden, maar Meneer Janus is tijdens deze aanbiedingen overgeslagen. En dat terwijl hij toch alle reclamefolders keurig door de brievenbus krijgt geschoven. Bankstellen, rookworsten, schoenen en computers staan daarin. Maar geen woekerpolissen.
Is dat eigenlijk erg? vraagt Janus zich vervolgens af, terwijl hij een nasiblok naar binnenwerkt in de Febo. Er zijn volgens de krant

veel ‘gedupeerden’ van zo’n polis. Dus leuk en aangenaam is het allerminst, een woekerpolis.
‘Heeft u eigenlijk een woekerpolis?’ vraagt hij aan de Febo-meneer die juist een vroeg portie friet serveert aan een morsig type naast Janus.
‘Gelukkig niet’, antwoordt de patatbakker.
Fijn. Nog iemand die geen woekerpolis heeft. En Janus voelt hij zich op slag niet meer zo eenzaam. Hij trekt een bamiblok en verlaat het pand, de winderige buitenlucht tegemoet. De zon priemt pesterig door de wolkjes heen. Die trekt zich ook niets van woekerpolissen aan. Heerlijk.

maandag 7 maart 2011

Verlangen

Alle gezellige, ouderwetse dingen worden afgeschaft, weet Meneer Janus uit eigen ervaring. Had je vroeger zo’n gezellig ouderwets ziekenhuis met hoge muren, bakstenen en lange stenen gangen, tegenwoordig zijn het betonnen staketsels zonder kraak of smaak. Luisterde je vroeger naar krakerige zeezenders via de middengolf, tegenwoordig komt alles glad en strak uit een FM-zenderapparaat. Kon je vroeger nog meerijden in een bus zonder vering, vandaag de dag is dat onmogelijk. Overal word je in de watten gelegd. En ondanks dat knaagt het verlangen. Nee, het leven voor een nostalgicus als Meneer Janus valt voor den donder niet mee. Want Meneer Janus houdt van uitzicht op betere tijden en verwachtingen die nog niet zullen worden ingelost.

zondag 6 maart 2011

Komijn en koriander

Meneer Janus heeft koningin Beatrix in een brief laten weten dat hij heel graag meegaat naar Oman als ze volgende week gaat eten bij sultan Qaboos bin Said al-Said. Al was het alleen maar om het eten. Want Omanezen kunnen heerlijk koken, vermoedt Meneer Janus. Halloumi kaas en tomaat is zo’n heerlijk gerecht. Waarschijnlijk zit er komijn en koriander in. Of iets anders exotisch. Ja, Meneer Janus kijkt er erg naar uit. Daarom is hij boos op Meneer Wilders, die vandaag roept dat de koningin een beetje dom is om naar Oman te gaan. Daar begrijpt Janus nou niks van. Wellicht betreft het een afgunstige reactie van die Meneer Wilders. Ja, dat zal het zijn. Die Wilders had ook meegewild naar het etentje in Oman. Nou, daar zal Janus dan nu een stokje voor steken. En hij pakt het telefoonboek van Den Haag om hare majesteit te bellen en te zeggen dat er een brief onderweg is. En dan zal hij er meteen bij zeggen: ‘Laat die Wilders maar kletsen majesteit.’ Ja, dat zal hij zeggen.

dinsdag 1 maart 2011

Verantwoord

De kok in het personeelsrestaurant van het ziekenhuis zegt tegen Meneer Janus: ‘De drie ‘p’s’ zijn de kern van onze filosofie.’ ‘U bedoelt pizza, patat en pannenkoeken?’ vraagt Meneer Janus, al enigszins hongerig. ‘Nee’, roept de man met de witte muts op zijn harsens. ‘Ik bedoel people, planet en profit.’
‘O’, zegt Janus, ‘interessant.’ De kok ratelt door. Maatschappelijk verantwoord ondernemen, daar draait het tegenwoordig om. Dus biologisch en gezond. Meneer Janus knikt. Hij begrijpt er weinig van. Vroeger stond hier meneer Dik, die de bezoekers al toeriep dat er vandaag heerlijke kroketten in het vet lagen te sputteren. En nu? Nu is het maatschappelijk verantwoord. Wat zijn de tijden toch aan het veranderen, denkt Meneer Janus. En hij gaat tevergeefs op zoek naar een frikandel met mayonaise.

maandag 28 februari 2011

Klus

Meneer Janus heeft een gordijntje opgehangen. Hij moest eerst 12 gaten boren voor 4 schroeven, maar dat mag de pret niet drukken. Het resultaat is er naar. Ook schildert

Meneer Janus de kamer van zijn dochter. Dat doet hij met muurverf. Uiteraard morst Meneer Janus aanzienlijke hoeveelheden verf en schiet hij af en toe eens uit, zodat er ook verf op onderdelen terechtkomt die daar niet voor geëigend zijn. Maar Janus vindt het feit dat hij klust al een wereldwonder. En dat is het ook.

dinsdag 22 februari 2011

De waarheid

Meneer Janus is eigenlijk een armzalig mannetje dat maar een beetje in een irritant autootje door het land heen en weer rijdt omdat hij bij een tijdschrift werkt. Hij is een held op sokken en dat zegt al genoeg. Toch draagt hij schoenen. Maar dat is slechts een kwestie van indruk maken. Zijn vrouw zegt altijd dat hij de verkeerde schoenen aan heeft. Niet

passend bij de broek die hij vandaag weer draagt. Heeft hij bruine schoenen aan dan zouden het zwarte moeten zijn en andersom. Dat is de tragiek van Janus in een notendop. Janus rookt niet, maar eet des te meer. Daar kan hij hoegenaamd niets aan veranderen. Bij elk pompstation koopt hij een lauwwarme kroket, smeert daar mayonaise op, gooit hem naar binnen en gooit er ook nog eens een candybar achteraan. Altijd dezelfde candybar: die met caramel tussen de chocolade. Zo kan het leven zijn.
Wat heeft het eigenlijk voor zin om slank te worden?, denkt meneer Janus als hij van Amsterdam naar Den Bosch rijdt. De zon priemt voorzichtig door de wolken. Je bent gezonder als je slanker bent, laat iedereen hem altijd weten, maar Janus is daar niet zo zeker van. Van zijn moeder heeft hij geleerd dat een mens beter iets vetter kan zijn. Dat is een goede garantie tegen kou vatten. ‘Hier, neem nog een lekker beetje jus’, zei zijn moeder altijd. Janus denkt met warme gevoelens terug aan zijn moeder, vooral nu de zon steeds meer door de wolken begint te prikken en haar stralen op het dashboard laat vallen.

maandag 21 februari 2011

Balspel

Bij Meneer Janus, die thuis werkt vandaag, wordt gebeld. Moeizaam maakt hij zich van zijn laptop los. Hij was juist bezig aan een leuk verhaal over reuma. Nog gekleed in joggingpak maakt hij de deur open en kijkt neer op twee onooglijk kleine jochies. ‘Hebt u nog voetbalplaatjes?’ vragen de ventjes in koor. Meneer Janus kijkt hen verdwaasd aan. Voetbalplaatjes? Hoe komen ze erbij dat er op dit adres voetbalplaatjes te krijgen zouden zijn? Ziet Janus er uit als iemand die van voetbal houdt? Hij háát het balspel.

Maar het is zoals met zoveel in het leven, een bericht uit de onbegrijpelijke mist van het bestaan. Vermoeid schudt hij het hoofd. Nee zeggen is al te veel. De jochies druipen teleurgesteld af. Meneer Janus leek hun nou net een fijne man voor voetbalplaatjes.

woensdag 16 februari 2011

Club

Meneer Janus is een enorme fan van koningin Elisabeth van Engeland. Eigenlijk is hij oprichter van de Queen Elisabeth Fanclub in the Netherlands. De fanclub heeft één lid: meneer Janus. Dat is lekker goedkoop. Meneer Janus hoeft alleen maar post aan zichzelf te sturen. En als hij plaatjes en dergelijke over Elisabeth verzamelt, hoeft hij ze alleen maar voor zichzelf te houden. Op die manier kun je nog wel tien fanclubs draaiende houden. En dat doet Janus dan ook. Zo is hij ook voorzitter van de fanclub van Gerhard Wendland en Francoise Mercy.

Amy

Meneer Janus kijkt naar een herhaling van Goede Tijden Slechte Tijden op internet. Daar staan allerlei reacties van andere kijkers. Iemand schrijft: ‘Waar is die andere Amy? Ik vind deze Amy echt raar’. En iemand anders laat weten: ‘Hoe vaak is er trouwens een nieuwe Amy?’ En weer iemand anders: ‘Wat heeft Danny aan zijn nagel?’ Meneer Janus weet niet wat hij ervan moet vinden. Hij kijkt altijd met droge ogen naar zijn favoriete soap, maar er iets van vinden is weer een ander verhaal. Wat moet hij schrijven? Dus schrijft hij: ‘Grappig dat er in zo'n klein dorp altijd van alles gebeurt: moord, aanrijdingen en overspel. En tegenwoordig lopen er ook al drugsdealers rond.’


Even later antwoordt iemand: ‘Op welke planeet heb jij gezeten?’ Maar Meneer Janus heeft zijn computer alweer afgesloten. Nu zet hij een gezellige dvd op met Swiebertje en Mies Bouwman. Daar zaten tenminste nog helemaal geen drugsdealers in, in Swiebertje en Mies Bouwman. En overspel bestond ook nog niet.

dinsdag 15 februari 2011

Jan

Met een schok realiseert Meneer Janus zich dat hij nog helemaal geen cd van Jan Smit bezit. Welke straf zou daar op staan? In ieder geval dat RTL Boulevard daardoor niet helemaal te volgen is, want de aldaar aanwezige personen ratelen een geheimtaal die alleen door ingewijden te ontcijferen valt. Maar sommige dingen ontgaan zelfs Meneer Janus. Zo hoort hij dat Jan Smit ook al vader is.
Nu weet Meneer Janus dat Smit de baard al in de keel heeft gehad. Maar een kind….? Wat gaat de tijd toch weer snel. Bah.

vrijdag 11 februari 2011

Toestand

Met angst en beven heeft meneer Janus naar de toespraak van Moebarak geluisterd. Wat zei die man nou precies? Janus kon er geen chocolade van maken. Het enige Egyptisch wat hij spreekt is ‘sebagalgeer’, wat ‘goedenavond’ betekent. Daar kom je op het Tahrirplein ook niet ver mee. Wanneer zou Beatrix vertellen dat ze opstapt? Janus moet er niet aan denken. Hij is een enorme fan van Beatrix. Gelukkig staat er nog geen menigte op de Dam te roepen dat ze moet opstappen. Dat deden ze in 1980, toen ze nog moest komen, wél. Wat een toestand in de wereld, denkt onze held op sokken. Was G.B.J. Hiltermann er nog maar…

donderdag 10 februari 2011

Oerlemans

'Oerlemans wil Eyeworks verkopen' kopt de krant vandaag. Dat vindt meneer Janus, onze held op sokken, een buitenkansje. Hij heeft altijd al iets onduidelijks willen bezitten. Dus geïnteresseerd leest hij verder. Bronnen zeggen dat oprichter Reinout Oerlemans en investeringsmaatschappij Van den Ende & Deitmers aan zakenbank Goldman Sachs hebben gevraagd om te kijken of er interesse is onder kapitaalkrachtige partijen. Janus denkt na. Is hij een kapitaalkrachtige partij? Hij belt met zijn bank. ‘Er staat 94 euro en 33 cent op uw rekening, meneer Janus’, zegt een vriendelijke medewerker.
‘Is dat voldoende voor de overname van Eyeworks?’ vraagt Janus. Alles wat nu op de telefoonlijn volgt is stilte. Dan zegt de bankmedewerker: ‘Ik zou nog even doorsparen als ik u was.’


‘Prima. Bedankt voor de tip’, antwoordt Janus. ‘By the way, kan ik nu wel een warm hamkaasbroodje kopen bij de echte bakker?’
‘Ik denk dat dat wel gaat lukken’, zegt de bankmedewerker.
Even later kauwt Janus gelukzalig op een warm hamkaasbroodje. Er zit ook een positieve kant aan de zaak, denkt hij. Het scheelt allemaal een hoop rompslomp. En als je goed ruikt, ruik je de lente. En nu begint meneer Janus zowaar te fluiten.

maandag 7 februari 2011

Dankbaar

Dit is een waar gebeurde geschiedenis

Meneer Janus maakt niet veel mee de laatste tijd. Vertwijfeld vraagt hij zich af waarom andere mensen zo’n geweldig druk en interessant leven hebben. Waarom hij niet? En zo kan hij nog wel jaren blijven piekeren. Op een dag ontmoet hij echter een mevrouw die ook niets meemaakt. Ze zit op een bankje de eendjes te voeren. Dat is het enige waar ze nog bevrediging uithaalt, de grappige eendjes. Verder staart ze over de grassprieten en de struiken naar de horizon. Nou ja, de horizon…. Er staan huizen voor de horizon. Meneer Janus gaat met een boterhammetje naast haar zitten en raakt in gesprek. ‘Ik ga zelfmoord plegen’, zegt de vrouw opgewekt. Meneer Janus neemt net een hap. ‘En hoe dacht u dat dan te gaan doen?’ vraagt hij zodra hij uitgekauwd is. Hij denkt: dat doet maar alsof het niks is. Terwijl je er toch heel wat voor in huis moet hebben om zelfmoord te plegen.
‘Ik spring van een dak af’, zegt ze terwijl ze schuchter naar hem kijkt.
‘Zo zo’, zegt Janus. ‘En welk dak zal dat dan wel wezen?’
Ze haalt haar schouders op. ‘Geen idee eigenlijk.’
‘Nou, laat het dan maar uit uw hoofd’, zegt hij streng. En dan overhandigt hij haar zijn andere boterham, die ze dankbaar aanvaardt.

maandag 24 januari 2011

Bommetje

Meneer Janus luistert naar een hoorcollege over atoombommen door Maarten van Rossem. Dat doet Van Rossem als geschiedkundige zo goed dat Janus nu aan alle horizonten nucleaire paddenstoelen ziet verschijnen. Haastig rept hij zich met zijn autootje naar huis, alwaar zijn vrouw reeds klaar staat met de piepers en de worteltjes. De vis staat nog in de oven, maar is ook al bijna gaar. ‘Nee’, roept meneer Janus, ‘wij kunnen niet eten; wij moeten ons in de kelder verstoppen. Er staan vreselijke dingen te gebeuren. Er kunnen atoombommen ontploffen.’ Zijn vrouw kijkt verschrikt. ‘Kunnen die niet even wachten tot na het eten?’ vraagt ze.
‘Nee’, zegt meneer Janus. ‘Dat kan niet. Atoombommen wachten niet. Kijk maar naar Hiroshima op 6 augustus 1945. En je weet wat er van gekomen is.’
Als ze even later beiden in de trapkast zitten te wachten op wat komen gaat, zegt mevrouw Janus: ‘Dit is toch eigenlijk geen kelder of ben ik nou gek?’
Janus kijkt om zich heen. ‘Ach, je hebt gelijk’, zegt hij. En wijzend op de voorraad wijn onder de trap, vervolgt hij: ‘Zullen we dan dit flesje wijn maar opentrekken?’ En zo drinken ze beiden twee flesjes wijn leeg. Waar atoomdreiging al niet toe kan leiden.

donderdag 20 januari 2011

Zwart

Meneer Janus is tegenwoordig ook filmrecensent voor het tijdschrift waarbij hij werkt. In The Movies wordt hij ontvangen door een jongedame van de filmmaatschappij die de perspremière van een Franse rolprent begeleidt. Haastig neemt meneer Janus een kopje koffie. Hij staat naast de filmrecensent van het Parool. Deze begint te ratelen over Tati, Fellini en Tarantino. Oeps, denkt onze held op sokken, daar weet ik niets van af. Tati, wat deed die ook alweer? Maar dan roept meneer Janus: ‘Kent u de film Ranocchio? Een film noir over vakantieleed tussen de bergen. Schitterend opgenomen in de Alpen, met zachte tinten en subtiel spel.’ De paroolrecensent knikt. ‘Ach ja, daar heb ik weleens van gehoord’, jokt hij. Meneer Janus weet eigenlijk helemaal niet wat een film noir is. Maar het meeste wat mensen spreken is toch bullshit, dus waarom zou hij niet eens mogen orakelen? ‘De film gaat beginnen’, roept de jongedame. Ze is in het zwart gekleed. Regelrecht uit een film noir, denkt onze held.

woensdag 19 januari 2011

Meeuwen

Meneer Janus doet sinds kort het eet-de-helft dieet. Daarom gooit hij bij de McDrive de helft van zijn friet uit het raampje van zijn auto. Een brutale meeuw stort zich er meteen op. Een gek op wielen, hoor je hem denken. Op de parkeerplaats halveert meneer Janus zijn Quarter Pounder. Dat geeft een enorme troep op de bekleding, want een Quarter Pounder heeft veel gebreken maar dat zit ‘m niet in de tomatenketchup. Daarvan bezit het ding een overdadige hoeveelheid. Ook vette kaas en een schijf augurk kletteren tussen de benen van meneer Janus. Snel pakt hij een McServet en begint met een verhit hoofd ter hoogte van zijn gulp te vegen. Een zakenman in een Picasso die net zijn tanden heeft gezet in een BigMac kijkt verbaasd zijn kant op. Meneer Janus ziet het, stopt meteen met wrijven en tovert een gekwetste grijns op zijn gelaat. Dan gooit hij de halve Quarter Pounder uit het raam; 16 meeuwen verscheuren het broodje in luttele seconden tot niets. Als de zakenman wegrijdt, laat meneer Janus de helft van zijn aardbeienshake op de straat stromen. ‘Een waanzinnige’, prevelt de zakenman. Als meneer Janus van de parkeerplaats wegrijdt, heeft hij nog steeds honger. Daarom manoeuvreert hij zijn wagen wederom in de McDrive en bestelt nog een keer hetzelfde menu dat hij vervolgens weer halveert. Het eet-de-helft-dieet is wel prijzig, denkt hij. Maar ach, men moet er wat voor over hebben om lekker slank te worden.

maandag 17 januari 2011

Doos

Meneer Janus is weer eens bij de doe-het-zelfwinkel Alpha tot Omega, een voor hem duistere wereld vol codes en geheimtaal. Ooit werd hij er door een klusser naar toe gestuurd met de opdracht een ‘sokkie 12’ te bemachtigen. Maar zoals altijd begrepen de heren van de klusmarkt niet waar hij het over had. Misschien sprak hij het verkeerd uit. Hij had net zo goed kunnen zeggen: ola frougola it kekkersang. Of: pouri youri hujabberig. Hij zal het nooit leren om met schwung en zwier bouwtechnische begrippen over zijn lippen te laten komen.
Nu kijkt meneer Janus naar een kast. Hij moet kiezen tussen een kast met openslaande deuren en een kast met een schuifwand. De bouwmarktmeneer moet lachen. ‘U heeft het nu over de tuindeuren in een woonkamer’, zegt hij meesmuilend. ‘O pardon’, zegt meneer Janus. En zonder kast verlaat hij het pand. Deze wereld bevindt zich in een andere dimensie. En hij heeft zin om net als zijn cavia in een kartonnen doos te gaan zitten.

zaterdag 15 januari 2011

Oordeel

Meneer Janus, onze held op sokken luistert naar muziek van Nana Mouskouri. De cd heet In New York, en meneer Janus vindt het schitterend. De mensen om hem heen zeggen: Nana Mouskouri? Dat kan nooit veel wezen. Nou, dan hebben ze nog niet naar In New York geluisterd, denkt meneer Janus. Daarin komt een geheel andere Mouskouri naar voren. Mensen zitten vol vooroordelen. Maar ja, misschien is dat op zich ook wel weer een vooroordeel. Wellicht is het hebben van vooroordelen ook iets fijns. Ja, dat moet het zijn, anders zouden de mensen ze niet in zulke groten getale hebben. Hij stopt bij het restaurant van Van der Valk, een protserig gebouw met een toekan op het dak (toekan: een familie van vogels uit de orde spechtvogels die voorkomt in Midden- en Zuid-Amerika). Hier eet meneer Janus een gevulde varkenshaas met gebakken aardappels én patatjes. Daarbij wordt een flinke bak mayonaise geserveerd. Nee, bij Van der Valk doen ze niet misselijk over zoiets. Bij Van der Valk eten? Bah! Dat zeggen mensen in de omgeving van meneer Janus. Ook weer zo’n vooroordeel, denkt hij terwijl hij een heerlijke hap varkenshaas neemt. Bovendien zit het restaurant vol met mensen met vooroordelen. Als je er langer over nadenkt zou je er gek van kunnen worden. Meneer Janus schudt het hoofd en bestelt voor toe een overheerlijke Banane Royal.

dinsdag 11 januari 2011

Paddestoelen

Er zijn van die dagen waarop je van de ene verbazing in de andere verbazing valt. Dat weet meneer Janus ook wel. Tenslotte is hij niet van gisteren. Maar vandaag realiseert hij zich maar weer eens dubbel en dwars dat het leven werkelijk verbazingwekkend kan zijn. Zo leest hij in een persbericht van de Mushroom Promotion Foundation dat deze organisatie de gezonde effecten en de veelzijdigheid van de champignon wil benadrukken. Wat velen namelijk niet weten is dat de champignon een supergroente is. Zo is de champignon een belangrijke bron van vitamine B2, vitamine B3, Provitaminen D, koper en kalium en kun je er heerlijke gerechten mee bereiden. Ja, champignon is de groente die alles kan. Daar is meneer Janus wel weer even stil van. Normaal gesproken schuift hij het ding brakend terzijde. Maar vanaf nu zal hij zijn best doen het vreemdvormige apparaat met smaak te verorberen. Wat heeft de schepping toch leuke zaken bedacht. En wie weet wat zij nog in petto heeft.

Einde

Zwevend over de weg manoeuvreert meneer Janus, onze held op sokken, zich van de ene file in de andere. Elke dag reist hij van Katwijk naar Houten en weer terug. Waarom? Dat weet meneer Janus eigenlijk niet. Hij doet het gewoon, zoals hij alles gewoon doet. Op zijn podcast, die hij beluistert omdat hij mee wil doen met de moderne mens, hoort hij een interview van OBA-live over het einde der tijden. Onder het Yellowstone-park in Amerika zit een grote vulkaan die ieder moment kan uitbarsten, zegt een angstaanjagende meneer. Meneer Janus kijkt verschrikt om zich heen, want au fond is hij een grote schijtlaars. Wat zou er gebeuren als zo'n vulkaan uitbarst? denkt hij geschrokken. Kan ik dan nog wel blijven bestaan? Of moet ik het dan maar voor gezien houden? En zo rijdt hij angstig door tot aan de afslag Houten. Gelukkig is er vandaag nog niets uitgebarsten, behalve de puist op de kin van juffrouw Lenie, die hem steevast een heerlijk kopje koffie brengt zodra hij achter zijn bureau schuift.

zondag 9 januari 2011

Volksfeest

Meneer Janus zit naar de Duitse zender ARD te kijken. Daar is juist een prachtig tv-programma te zien: Die Krone der Volksmusik, met allemaal zangers en zangeressen die iedereen tot schoonzoon of schoondochter zou willen hebben, daar is meneer Janus van overtuigd. Zulke fijne en prettige mensen allemaal. De presentator is een man op leeftijd, die wellicht gestut wordt opdat hij niet omvalt, maar hij doet het toch maar. En hij mag het nog doen, ondanks zijn leeftijd, waarop de stof van de meeste mummies alweer een beetje los begint te raken vanwege de ouderdom.
O, wat kunnen die Duitsers dat toch goed, een fijn tv-programma maken. Waren de programma's hier in Nederland nog maar zo, denkt meneer Janus. En precies op dat moment belt zijn buurvrouw aan voor een kopje suiker. Snel loopt meneer Janus naar het tv-toestel en zet Ik Hou Van Holland aan, een braakprogramma met Linda de Mol. Maar meneer Janus doet alsof hij dit overstelpend mooi vindt. Nee, meneer Janus wil niet aangetroffen worden door de buurvrouw terwijl hij zit te genieten van Die Krone der Volksmusik. Stel je voor! Bovendien vindt iedereen Ik Hou Van Holland een ijzersterke tv-hit, en wie is meneer Janus dan om dit niet te vinden?
'Hè get', zegt de buurvrouw, 'u zit ook al naar Linda de Mol te kijken. Wat een vervelend mens, en wat een vervelend programma is dat toch. U zou eens naar Die Krone de Volksmusik moeten kijken op Duitsland. Dat is een heerlijk programma. Echt heerlijk... En echt wat voor u, dunkt mij. Dank u voor de suiker.'
'Ja, ik zal het eens doen', zegt meneer Janus.
Als de buurvrouw weg is, zucht hij maar eens diep.

vrijdag 7 januari 2011

Lekker

Meneer Janus zit heerlijk te kanen in één van de fijnste restaurants die Nederland rijk is: het Ikea-restaurant waar men voor een euro kan ontbijten. Ja, het halve land zit en hangt er aan de tafels. Of men staat er bovenop. Men doet werkelijk alles om de heerlijke broodjes die alhier geserveerd worden te verorberen. Meneer Jansus vindt het een feest en hij spreekt dankbaar: 'Wat ben ik dankbaar dat ik hier tussen het volk mag eten.'
Ja, lieve mensen, wat is het leven op aarde toch buitenissig goedaardig. Als je er maar oog voor hebt. Vooral ook wanneer men bedenkt dat er overal van die Zweedse meubelwinkels zijn. En zo gaat meneer Janus weer huiswaarts, maar niet nadat hij eerst nog zo'n exquise ijsje heeft gekocht. Als hij wil wegrijden blijkt zijn autootje helemaal total-loss te zijn gereden door een ontbijtmaniak, een dikke meneer uit een Haagse achterstandswijk die zich elke morgen met grote snelheid naar de meubelgigant rept teneinde zich vol te stoppen met lekkers. Daarbij ramde hij vanmorgen het autootje van Janus, maar toen hij uitgestapt was, sprak hij de geruststellende woorden: 'O, nou dat wrak was toch al niks meer waard...'
Daar kan meneer Janus niets tegenin brengen. Sterker nog, stiekem moet hij de Hagenees gelijk geven en als hij wegrijdt maakt het autootje een deinende beweging. Er zitten slagen in zijn wielen.

woensdag 5 januari 2011

The lounge

Het nieuwe jaar is aangebroken en Meneer Janus, onze held op sokken, zit momenteel naar The Cocktail Lounge te luisteren, een bedenksel van de tv- en radioaanbieder die meneer Janus in dienst heeft. Lekkere rustige muziek, een beetje WDR4 maar dan anders. Ach, het leven kan mooi zijn, denkt hij. En hij sluit zijn ogen.